Afbeelding: PepProductions
Inleiding
In 2024 is gestart met de ontwikkeling van een nieuw sportaccommodatiebeleid voor Waterland. De aanleiding was dat er breed vragen leefden over eigendom, onderhoud, capaciteit en tarieven van accommodaties. Ook de financiële context vraagt om scherpe keuzes en een toekomstbestendige organisatie van het beheer. Begin 2025 is een nulmeting uitgevoerd om de huidige situatie in beeld te brengen. De resultaten zijn besproken met sportverenigingen, maatschappelijke partners, beheerders en de (in oprichting zijnde) Adviesraad Sport en Bewegen.
In juli 2025 is de gemeenteraad tijdens een informatieve sessie geïnformeerd over de uitkomsten van de nulmeting en de doorkijk naar oplossingsrichtingen voor het toekomstige sportaccommodatiebeleid. De input en vragen vanuit de raad zijn meegenomen in de verdere beleidsuitwerking. De nulmeting vormt samen met de opbrengsten uit het participatietraject de basis voor het Sportaccommodatiebeleid Waterland. Dit beleid biedt richting voor de komende jaren en vormt het kader voor de oprichting van een gezamenlijke sportorganisatie (joint venture met Spurd) die zorgdraagt voor het beheer, onderhoud en de uitvoering.
Argumenten
1.1 0-meting en accommodatiebeleid is gebaseerd op participatietraject
In 2024 is een breed participatietraject doorlopen met sportaanbieders, inwoners en andere belanghebbenden. De opbrengsten zijn verwerkt in de nulmeting en afgestemd met de Adviesraad Sport & Bewegen, wat zorgt voor breed draagvlak. De Adviesraad heeft hierover een adviesbrief gestuurd (bijlage 2), waarin zij overwegend positief is over het beleid en de gevolgde aanpak, maar ook enkele aandachtspunten meegeeft voor de korte en langere termijn. Deze punten worden betrokken bij de verdere uitwerking van het beleid en het beheerplan. Het beleid pakt enkele korte termijn punten direct op en richt zich voor structurele verbeteringen op de oprichting van een gezamenlijke uitvoeringsorganisatie. Ook wordt een traject gestart voor een verdiepend onderzoek naar de toekomst van het zwembad.
1.2 De huidige situatie laat versnippering en kwaliteitsproblemen zien
Uit de nulmeting blijkt dat het beheer en onderhoud van sportaccommodaties – met name binnensportvoorzieningen – versnipperd en onder de maat is. Gebruikers ervaren slechte ventilatie, achterstallig onderhoud en beperkte voorzieningen. Ook schoonmaak en technisch beheer zijn niet op het gewenste niveau. Dit leidt tot klachten en belemmeringen in het gebruik.
Door een gezamenlijke gemeentelijke sportorganisatie op te richten via een joint venture met Spurd kan een structurele kwaliteitsverbetering worden gerealiseerd. De samenwerking levert schaalvoordelen op, maakt strategisch onderhoud en verduurzaming mogelijk en zorgt voor een efficiëntere inzet van middelen.
1.3 Voor verenigingen ontstaat één aanspreekpunt met eigenaarschap
Verenigingen geven aan dat zij nu onvoldoende duidelijkheid hebben over wie verantwoordelijk is voor beheer- en onderhoudsvraagstukken. Met de nieuwe uitvoeringsorganisatie ontstaat één herkenbaar aanspreekpunt met eigenaarschap. Dit versterkt de relatie met verenigingen, vergroot de betrouwbaarheid en biedt meer continuïteit in ondersteuning.
1.4 De gemeente behoudt regie en kan strategischer sturen
In de constructie van de joint venture blijft de gemeente aandeelhouder en daarmee verantwoordelijk voor de beleidsmatige en financiële kaders. Zo blijft de regie bij de gemeente geborgd, terwijl de uitvoering professioneler en slagvaardiger wordt ingericht. Dit maakt het mogelijk om op lange termijn strategisch te sturen op de kwaliteit, capaciteit en spreiding van sportvoorzieningen. De ontwikkeling van het tarievenstelsel (2026–2027) en de structurele monitoring van sportaccommodaties (tweejaarlijkse thermometer, jaarlijkse rapportages) worden als vaste taken ondergebracht bij de gezamenlijke sportorganisatie. Deze taken maken onderdeel uit van de jaarlijkse opdracht en exploitatie. Het exacte budget wordt in 2026 nader uitgewerkt en opgenomen in de dienstverleningsovereenkomst DVO) met de sportorganisatie.
1.5 Financiële uitgangspunten: budgetneutrale keuze voor een gezamenlijke sportorganisatie
De keuze voor een gezamenlijke sportorganisatie is budgetneutraal als uitgangspunt. De gemeente blijft verantwoordelijk voor de financiële keuzes rondom investeringen en renovaties op het niveau van het meerjarenonderhoudsplan (MJOP). Daarbij geldt dat – ongeacht de organisatorische vorm – achterstallig onderhoud moet worden weggewerkt. In de huidige situatie is sprake van dergelijke achterstanden, die de komende jaren worden ingehaald. Ook inflatie heeft invloed op de exploitatiekosten. Deze hogere lasten zouden echter ook binnen de gemeentelijke organisatie zijn ontstaan. Ervaringen in andere gemeenten laten zien dat een sportorganisatie in het ongunstigste geval niet duurder is, en in veel gevallen zelfs efficiënter werkt dan uitvoering binnen de ambtelijke organisatie.
1.6 Keuze voor Spurd als samenwerkingspartner
In de verkenning naar een geschikte partner voor de gezamenlijke sportorganisatie zijn gesprekken gevoerd met Optisport, SRO, Alkmaar Sport en Spurd. De voorkeur gaat uit naar Spurd uit Purmerend. Spurd past het beste bij de schaal en cultuur van onze gemeente en werkt vanuit een gelijkwaardige, kleinschalige aanpak. De nabijheid maakt samenwerking praktisch en efficiënt, terwijl Spurd met haar ervaring combineert met lokale betrokkenheid. Bovendien sluit haar aandacht voor verduurzaming en maatschappelijke programmering goed aan bij de ambities van onze gemeente.
Kanttekeningen
1.1 Problemen vanuit participatie niet direct opgelost
Hoewel met dit beleid de koers voor structurele kwaliteitsverbetering wordt gezet, vindt de daadwerkelijke implementatie pas vanaf 2026 plaats. Een kortetermijnoplossing is niet mogelijk, juist omdat gekozen is voor een professionele en stabiele uitvoeringsorganisatie in plaats van tijdelijke lapmiddelen. Wel worden op korte termijn enkele concrete punten uit de participatie direct opgepakt.
De Adviesraad Sport en Bewegen heeft nadrukkelijk gewezen op enkele punten die al op korte termijn aandacht vragen en die ook in de nulmeting en het accommodatieplan zijn benoemd. Hierop is door de gemeente al gestuurd of zijn acties in gang gezet:
1. Hygiëne binnensportlocaties: de gemeente heeft gestuurd op een schoonmaakniveau conform afspraken. Indien onvrede blijft bestaan, wordt hier opnieuw actie op ondernomen. Ook de wifi-problematiek is inmiddels opgepakt.
2. Sociale veiligheid op sportpark Markgouw: dit onderwerp is direct opgepakt door de jongerenwerkers. De gemeente brengt samen met de maatschappelijke partners in beeld welke maatregelen verder nodig zijn om de situatie structureel te verbeteren.
3. Sportpark Markgouw in samenhang met de handbalontwikkeling: deze ontwikkeling wordt integraal meegenomen in het vervolgtraject.
4. Vast aanspreekpunt voor verenigingen: binnen de gemeentelijke organisatie wordt momenteel iemand geworven voor de sportportefeuille. In de toekomst zal deze functie worden belegd binnen de gezamenlijke sportorganisatie.
5. Heldere taakverdeling tussen gemeente en verenigingen: dit wordt verder uitgewerkt en geconcretiseerd bij de inrichting van de nieuwe sportorganisatie.
6. Achterstallig onderhoud: Het achterstallig onderhoud wordt structureel weggewerkt. Voor de buitensportaccommodaties gebeurt dit binnen het beheerplan buitensport, waarvan de huidige versie (2022–2026) wordt herzien. Voor de gymzalen is het onderhoud opgenomen in het gebouwbeheerplan, dat dit jaar wordt vastgesteld en vervolgens aan de raad wordt voorgelegd. Daarmee worden ook de onderhoudsachterstanden bij de binnensportaccommodaties weggewerkt. In dit kader worden de bestaande budgetten voor onderhoud en beheer overgeheveld naar de sportorganisatie. Hierbij wordt uiteraard rekening gehouden met de realisatie van de nieuwe sporthal in Monnickendam.
1.2 Evenwichtige aandacht voor alle kernen
De Adviesraad Sport en Bewegen heeft gewezen op het belang van evenwichtige aandacht voor alle kernen binnen de gemeente Waterland (zie bijlage 3). Dit punt wordt onderschreven en verder uitgewerkt in de vervolgfase van het beleid. Tijdens het Sportcafé op 12 november wordt hier specifiek bij stilgestaan. Samen met verenigingen en maatschappelijke partners wordt besproken welke korte termijn acties per kern wenselijk en haalbaar zijn. Deze input wordt verwerkt in het beheerplan en uitvoeringsprogramma, zodat de aandacht voor de kleinere kernen niet alleen beleidsmatig wordt vastgelegd, maar ook concreet zichtbaar wordt in de uitvoering.
1.3 Juridische procedure rond joint ventures
Sportfondsen voert een procedure tegen SRO over aanbestedingsplicht binnen joint ventures. Als dit ook voor Waterland geldt, moet voor bepaalde taken een aanbesteding plaatsvinden, wat vertraging kan geven. In dat geval kan alsnog een eigen sportorganisatie worden opgericht die diensten via de inkoopregels bij andere sportbedrijven afneemt.
Financiële toelichting
Voor de verkenning van de oprichting van de gezamenlijke sportorganisatie is geen financiële dekking nodig.
Inkoop
Voor de oprichting van de gezamenlijke sportorganisatie (joint venture) is sprake van een quasiinbestedingsconstructie. Hierbij geldt dat de gemeente, als aandeelhouder, regie en zeggenschap behoudt. Voor onderdelen die mogelijk aanbestedingsplichtig zijn, zal een reguliere aanbesteding worden doorlopen zodat marktpartijen kunnen meedingen. Dit kan leiden tot een gefaseerde implementatie.
Communicatie
De raad is via dit voorstel geïnformeerd over het beleid en de financiële consequenties. Daarnaast worden inwoners, verenigingen en maatschappelijke partners via gemeentelijke kanalen (website, nieuwsbrief) op de hoogte gehouden van de vervolgstappen. De opbrengsten van het Sportcafé van 12 november worden meegenomen in de verdere uitwerking van het beheerplan en de inrichting van de gezamenlijke sportorganisatie.
Personeel en organisatie
De oprichting van de gezamenlijke sportorganisatie verschuift taken voor beheer en onderhoud van de gemeente of Sportfondsen naar de joint venture. Dit heeft personele gevolgen, waarbij het recht op arbeidspositie uitgangspunt blijft: niemand gaat erop achteruit. In de implementatiefase wordt dit zorgvuldig uitgewerkt, met bijeenkomsten voor medewerkers en betrokkenheid van de OR. Er wordt maatwerk geboden, van overgang naar de nieuwe organisatie tot herplaatsing binnen de gemeente. De inzet van Team Sportservice blijft in principe gehandhaafd. Een projectgroep met experts in arbeidsrecht, fiscaliteit, sportbeleid en financiën — aangevuld met een kwartiermaker — bewaakt de uitvoering. Waar nodig wordt externe expertise ingezet.
Uitvoering en planning
Naast de uitwerking van een gezamenlijke beheervorm, wordt in de vervolgfase ook een uitvoeringsprogramma opgesteld met aandacht voor:
● structurele verbeteringen aan schoonmaak en klimaatbeheersing;
● aanpak van onderhoudsachterstanden;
● aanstelling van vaste aanspreekpunten per kern of cluster;
● begeleiding bij het realiseren van initiatieven zoals padelbanen of multifunctionele velden.
Bestuurlijke planning
● Q4 2025: raadsbesluit over inrichting joint venture en tarieven;
● 2026: uitvoering implementatie, digitalisering en overdracht beheer;
● 2027: uitvoering verdiepend onderzoek naar zwembad ’t Spil en besluitvorming raad.
Duurzaamheid
Bij onderhoud en nieuwbouw worden energiezuinige en circulaire oplossingen toegepast. De verduurzaming van hallen (zoals ventilatie, isolatie en LED-verlichting) en klimaatadaptief ontwerp van sportparken maken onderdeel uit van de beheerplannen. Als deze maatregelen daar niet binnen vallen, is besluitvorming door de raad nodig om te bepalen of we hierin willen meegaan. De verdere uitwerking hiervan vindt plaats in 2026.
Bijlage
| Bijlage 1 - Sportaccommodatiebeleid okt '25 (geanonimiseerd) |
| Bijlage 2 - Definitief advies sportaccomodaties 2025-10-02 (geanonimiseerd) |





